Net in Nederland is het enige, officiële platform speciaal ontwikkeld voor nieuwkomers in Nederland. Het is een platform waar nieuwkomers Nederlandse televisieprogramma’s kunnen kijken met Nederlandse, Engelse of Arabische ondertiteling. Van Zondag met Lubach en Andere Tijden in de klas tot MAX Geheugentrainer en Het Klokhuis: het is er allemaal.

“Zo kunnen nieuwkomers de Nederlandse samenleving beter leren kennen én de taal makkelijker leren”, legt Madelon Stokman, eindredacteur van het platform, uit.

Alleen maar goed, zou je denken. Maar uit verschillende onderzoeken kwam naar voren dat Net in Nederland een mislukt experiment is. De website zou amper bekeken worden en het platform wordt maar door een klein deel van de Syrische nieuwkomers daadwerkelijk gebruikt. Ook in de media, waaronder De Telegraaf, verschenen kritische artikelen. Kan het geld niet beter ergens anders worden besteed?

Er zijn genoeg kritische vragen. Laten we zoeken naar de antwoorden.

We gaan terug naar 2015

Het idee voor het platform ontstond bij de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) toen in 2015 en 2016 de eerste Syrische vluchtelingen naar Nederland kwamen.

“Bij de NPO wilden we toen iets doen voor en met deze groep, maar we wisten nog niet wat. Acht publieke omroepen* sloegen toen de handen ineen en kwamen met het spannende idee: een online platform puur voor nieuwkomers”, begint Stokman haar verhaal dat ze op een chronologische wijze vertelt.

Het idee werd snel gerealiseerd en in 2016 begon het “spannende” experiment.

Waarom het een ‘spannend’ idee was - en niet een ‘normaal’ idee

Stokman legt het graag uit. “Bij de NPO hebben we lang nagedacht over wat het moest zijn. Uiteindelijk kwamen we tot de conclusie dat onze doelgroep – de nieuwkomers – vooral op social media zit. We moesten onze doelgroep dus voornamelijk via social media bereiken. Een doelgroep die de taal niet beheerst en net in Nederland is bereiken, klinkt als een grote uitdaging. En dat was het ook", blikt Stokman terug.

Ze vervolgt het verhaal met een detail waar ze zeer trots op is. “Daarnaast willen we dat meer dan de helft van onze redactie uit nieuwkomers bestaat. Op dit moment is dat altijd ook het geval geweest”.

Enerzijds is er de uitdaging om een nieuwe, moeilijk bereikbare doelgroep te bereiken. Anderzijds werk je met een redactie-samenstelling die je maar weinig ziet in Nederland. “En dat is in het begin best spannend”, vult Stokman aan. “Maar gelukkig kwam alles goed en werd het jaar op jaar beter.”

En de kritiek van buitenaf dan?

Van platform naar community: de redding?

Hoewel Net in Nederland voornamelijk begon als een online platform waar nieuwkomers televisieprogramma’s konden kijken met ondertiteling, werd het door de jaren meer een community.

“We kregen steeds vaker vragen van mensen die ergens tegenaan lopen. Laatst kregen we de vraag wat een CAO is. Toen hebben we daar een artikel over geschreven en die gedeeld op Facebook.” De redactie probeert altijd in te spelen op de actualiteiten. “Zo deden we enkele jaren geleden veel met het inburgeringsexamen, zoals informatie delen over bijvoorbeeld de Nederlandse geschiedenis of het koningshuis. Nu merken we dat de vragen veel dieper gaan en spelen we daar ook op in. Zo delen we nu bijvoorbeeld tips over hoe iemand een baan kan vinden.”

Het inspelen op de actualiteiten en de interactie met de doelgroep via Facebook, bleek voor Net in Nederland een gouden formule. “85% van de website-bezoekers komt binnen via social media. Dat is iets wat ons uniek heeft gemaakt; een platform en community in één. Het is misschien ook wel onze redding geweest.”

*De publieke omroepen die meedoen aan Net in Nederland zijn AVROTROS, BNN-VARA, KRO-NCRV, VPRO, EO, Max, Human en BNR